Zoals met alles is er in principe niks mis met religies, maar in de praktijk is het behoorlijk daarvan afgedwaald. Religies zijn een geheel van specifieke rituelen die uitdrukking moeten geven aan een bepaald spiritueel bewustzijn. Maar meestal begint het aan de andere kant: Door de rituelen uit te voeren hoopt men dat die verbinding met het goddelijke -als vanzelf - tot stand komt. Dus de vorm komt vóór de inhoud. En te vaak blijft het daarbij. Men doet mee omdat de rest het ook doet. Dat is geen geloof, maar gewoon tribaal gedrag: er willen bijhoren is één van onze sterkste drijfveren: je sociale leven hangt daar van af. En als er ook nog wordt bij verteld dat het fout afloopt als je je het niet doet, dan moet je een sterke geest hebben om daar onderuit te komen. (En soms helpt de tijdgeest mee.) Maar ik meen veel mensen te zien die zeggen een bepaald geloof aan te hangen, wat bij diepere navraag neerkomt op leven volgens bepaalde culturele tradities, plus de sterke overtuiging dat die ene levensstijl de beste is en dat mensen die zich anders gedragen die essentiële boot missen. Afhankelijk van de specifieke variant van het geloof wordt daar meer of minder tolerant mee omgegaan. Van een spiritueel bewustzijn merk ik doorgaans weinig. Ik zie veel vorm en minder inhoud. Religie, de vorm, en geloof, de levensovertuiging, worden vaak op één hoop gegooid, wat de zaak niet verhelderd.
Ik heb na een persoonlijke zoektocht rond mijn twintigste het geloof en de religie met de nodige teleurstelling achter me gelaten. Mijn moeder wilde graag dat ik bewust voor het geloof zou kiezen. En dat heb ik ook serieus geprobeerd. In de zomervakantie heb ik diep in de nacht met hart en ziel gebeden en god gesmeekt mij enig signaal te geven. Ik wacht - nu een halve eeuw later - nog steeds op antwoord van wat ik toen zag als God de Vader in de Hemel. Ik ben dus niet tegen geloven, maar de traditionele weg liep daar voor mij dood.
Het grootste deel van mijn leven heb ik dus mijn eigen weg moeten zoeken tussen allerlei geloofsovertuigingen die er van buitenaf gezien schitterend uitzagen. Niet enkel officiële geïnstitutionaliseerde religies, maar alle levensovertuigingen. Bijvoorbeeld ook het kapitalisme met zijn belofte van rijkdom, overvloed en genot. Of de bureaucratie met zijn belofte van zekerheid en controle. Mijn werk bracht me aan tafel in het centrum van de macht in allerlei domeinen. En wat er van buiten imponerend en belangrijk uitzag, bleek van dichtbij even banaal en onbeholpen als mijn eigen kleine leventje. Dat is natuurlijk zowel teleurstellend als geruststellend. Per saldo ken ik nu enkel mensen die allemaal hun leven (laten) leiden door een serie aannames, die per geval meer of minder als absoluut wordt gezien. Daar ben ik zelf dus amper mee geholpen. Ook ik moet dat in mijn eentje uitzoeken.
Omdat het mijn 'geloof' is dat niemand het echt weet, heb ik zodoende een soort allergie voor absolutisme en voor zendelingsgedrag. En dat terwijl ik als zevenjarige zelf al besloot om zendeling te worden. Een logische conclusie uit de bijbellezing van mijn vader. Die las hardop voor de Jezus pas terug zou komen als iedereen het woord gods had gehoord. Dat legde ik toen heel letterlijk uit: Harry, zorg dat iedereen het woord gods hoort! Sindsdien zag ik dat als mijn levensopdracht en dat heb ik volgehouden totdat mijn nachtelijk gebed en smeekbede naar god onbeantwoord bleef. Maar nu zie ik anderen als mensen die het eigenlijk ook niet echt weten en daar meer of minder bewust van zijn. Mensen die enkel zekerheden delibereren, benader ik met enige reserve. Ik ben wel geïnteresseerd wat ergens hoop ik natuurlijk dat ze gelijk hebben. dat zij het licht gezien hebben dat ik ook zoek. Tot nu toe tast ik vooral in het duister. Wat tot mijn verwondering steeds comfortabeler worden. Het 'eigenlijk niet weten' is het nieuwe normaal.
Ik heb inmiddels ook al jaren afstand genomen van alle verplichtingen en gewoontes die bij mijn religie hoorden. Ik ben vanuit huis uit (mooie term!) Gereformeerd, een serieuze christelijke stroming die veel nadruk legt op gezagsgetrouwheid, dienstbaarheid en nederigheid. Die dwang om bescheiden te zijn, heeft me mijn hele leven afgeremd. In plaats van te leven vanuit mijn natuurlijke enthousiasme leerde ik op mijn beurt wachten. En in de grotemensenwereld kom je nooit aan de beurt, omdat die daar niet meer bestaat. Je wordt geacht je ruimte te nemen. En als je dat niet hebt geleerd, is dat een handicap. Mijn bijbelkennis geeft me geen duidelijk inzicht in de redenen voor die bescheidenheid. Ik vermoed dat valse profeten dienstbaarheid hebben vertaald naar onderdanigheid en volgzaamheid, zodat ze ons er makkelijker onder konden houden.
De laatste jaren komen er weer gelovigen op mijn pad. En komt ik weer in kringen waar mensen een geloof 'belijden'. Ik heb een hernieuwde waardering voor de toegewijdheid en welwillendheid van veel mensen in die kringen. En een soort jeuk over het positivisme dat is gemengd met een soort troebel halfbewust passief agressief gedrag. Pas deze ochtend drong het tot me door wat dat is. Tenminste, een nieuw inzicht drong tot me door, dat ik nog niet volledig heb doorvorst.
Wat me altijd verbaasde is dat er een soort terughoudendheid heerst in Protestant Christelijke kringen. Het levensvuur is altijd getemperd. Deze ochtend stuitte ik weer op een filmverslag van een christelijk uitje dat het perfect verbeeldde. Ondanks de overvloed aan inspirerend goede bedoelingen was de achte spontaniteit ver te zoeken. Ik meen mijn eigen gefilterdheid te herkennen. Immers moest ik me bij alles afvragen of het wel voldeed aan de spelregels (lees: beknottingen) van mijn geloof. Die zelfregulatie werkt als een censuur. Ook als cesuur, aangezien het me afsneed van mijn instinctieve impulsen. Ik heb mijn jeugd overleefd met een knoop in mijn buik ter hoogte van mijn plexus solaris. Alles daaronder werd tegengehouden vanwege mogelijk ontregelende effecten. En vanaf de pubertijd werd dat echt pijnlijk.
Vandaag zag ik op mijn scherm dit gedrag weer afgespeeld. En toen drong het tot me door: Ik heb nooit leren haten en vechten en dus ook nooit geleerd hoe dat te doorleven en te hanteren. Het is gewoon onder een deksel van verplichte naastenliefde gestopt. Daarmee is een stuk van mijn spontaniteit in de kiem gesmoord. Met als gevolg dat een onvolledige wat verwrongen ontwikkeling heb doorgemaakt. Ofwel hoe goede bedoelingen kwaad doen.
Er is veel meer over te zeggen, maar dit is alvast genoteerd...
Er is veel meer over te zeggen, maar dit is alvast genoteerd...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten