Gisteren was het een uiterst onaangename ontmoeting met mijn huurder. Ik zag zijn moeders auto voor mijn garage staan en was blij de schilderspullen in de gang te zien. "Ah, ze zijn al aan het schilderen... Leuk!" dacht ik.
Maar meteen daarna rook ik de asbaklucht en struikelde ik bij binnenkomst van mijn eigen huiskamer over mijn huurder. Hij had zich prinsheerlijk met een vriend op mijn bank geïnstalleerd. Om hem heen een spelcomputer en nog een boel andere spullen. Het was overduidelijk dat hij er niet 'even' moest zijn, maar dat hij de ruimte gebruikte alsof hij die huurde in plaats van de kamer boven. Met zijn reactie "Ja, maar het was maar voor even." gooide hij nog olie op het vuur. Ik was woedend en geschokt en mijn welwillendheid volledig verdampt. Het was dat ik geen tijd had door mijn andere verplichtingen. Anders had ik hem er meteen uitgezet. Op weg naar mijn fiets in de schuur werd ik daar ook nog eens geconfronteerd met de resten van een verblijf daar. In een kring stonden ondermeer mijn tuinstoelen en een gele bank, met middenin een vuile kring met lege bierflessen en een doordringende verschaalde dranklucht.
Het verhuur-experiment lijkt al mislukt voordat hij goed en wel is begonnen. Terwijl ik op de fiets naar het postkantoor was, is Gerda ook maar naar de buren gevlucht. Daar hoorde ze dat mijn huurders elke avond in mijn huiskamer bij de TV zitten. Ik heb nu de indruk dat ze denken dat ze bij mij blindelings kunnen doen wat ze willen. Dan zijn ze bij mij letterlijk aan het verkeerde adres.
zaterdag, december 30, 2006
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten