Vandaag waren we er helemaal klaar voor. De laatste chemoronde, de finale consolidatie van Gerda's totale remissie. Via de inmiddels vertrouwde route binnendoor naar Leuven en als echte routiniers achterom meteen naar de vijfde verdieping, de chemofabriek in. Na de bloedafname en de obligate controle door een arts-assisistent in opleiding kwam het grote wachten. Deze keer duurde het vagevuur nog langer dan anders; Het was twee uur geweest toen een 'dokteres' ons uit onze sluimer rukte: De kritische bloedwaarde was te laag. Het beenmerg begint blijkbaar wat uitgeput te raken. Dat betekent dus onverrichterzake naar huis. Volgende week beter - of als dat niet zo is - misschien helemaal geen zesde chemo meer. Ik was er confuus van. Daar sta je dan opeens weer in de lift met een tas vol overbodige proviand. De horizon schuift opeens weer een eind naar achteren en de planning ligt weer in de prullemand. We zijn naar huis gereden en Gerda heeft aan haar vermoeidheid toegegeven en is lekker in bed gekropen tot Jelle de boerenkool op tafel had.
Wat me wel fascineerde vandaag, was dat Gerda in het ziekenhuis over haar nek ging. Puur en alleen door de geconditioneerde afkeer. Ze had immers nog niets binnengekregen. Het bewijst hoe sterk het lichaam reageert op ideeën en verwachtingen. Inmiddels is dat ook wetenschappelijk onderbouwd. Medische behandelingen werken beter als de patiënt er in gelooft. Placebo's werken, zelfs als je weet dat het een placebo is. Deze psychosomatische bijwerkingen worden bij de behandeling maar mondjesmaat aangewend om de genezing te vergemakkelijken. Van mij mag dat nog wel veel meer.
maandag, januari 22, 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten